Omdat het leven niet enkel prins, kasteel, en lang en gelukkig is.

De laatste maanden verliepen niet zo vlot voor Otto.
Zijn relatie liep stuk, zijn grootvader kwam te overlijden, één van zijn kinderen was regelmatig ziek,
en daarbovenop ging hij door een erg stressvolle periode op zijn werk.
Hij werd neerslachtig.
Er ontstond een grijze regenwolk boven zijn hoofd.
Hij had nergens nog zin in.
Het enige waarin hij zin had, was zijn bed.

Hij volgde zijn gevoel en gedachten, en kroop in zijn bed.
Er veranderde weinig aan zijn 'ervaringenwolk'.
Zelfs na een hele tijd in bed, voelde hij zich niet beter,
de grijze wolk was er nog steeds.

 

Meer nog, hij kwam in een cirkel terecht,
en de stap om uit zijn bed te komen,
werd moeilijker en moeilijker.

 

Moedig besloot Otto om iets anders te proberen.
Ondanks zijn neerslachtig gevoel en negatieve gedachten,
besliste hij om toch de dingen te doen die hij voordien altijd prettig had gevonden.
Zo maakte hij voorzichtig een boswandeling, vond hij wat ontspanning tijdens het nemen van een bad,
sprak hij af met enkele goede vrienden, en stapte hij zelfs even op zijn fiets.
Wat de voorbije maanden gebeurd was, spookte uiteraard nog vaak door zijn hoofd,
maar door enkele fijne ervaringen, lukte het hem soms al iets beter om dit alles te dragen.

 

Ondanks dat dit hem wel hielp, bleef het erg moeilijk.
Op dagen dat hij zich goed voelde, deed hij automatisch meer dingen die hem voldoening gaven.
Op de dagen dat de regenwolk weer kwam aanzetten, was het potverdikke moeilijk,
om toch de kracht en energie te blijven vinden om er op uit te trekken.

 

Langzaam kwamen er steeds meer regendagen.
Het werd steeds moeilijker om niet in bed te blijven.
De wereld zag er ten slotte ook maar grauw uit in de regen,
Het enige wat hij nog kon zien door zijn donkere bril was: regen.
waarom zou hij nog opstaan?

 

Omdat hij wilde dat er iets veranderde, zocht hij hulp bij een psycholoog.
Ze ontdekten samen dat het zelden de héle dag regende boven zijn hoofd.
Het lukte hem om meer aandacht te hebben voor een straaltje zon dat af en toe doorbrak.
Ze stonden erbij stil hoe dat hij opnieuw meer afstand kon nemen van wat hij dacht en voelde,
want gedachten zijn slechts gedachten,
niet meer, niet minder.
Door zijn donkere bril nu en dan af te zetten, kon hij de dingen ook eens op een andere manier bekijken.
Zo leerde hij genieten van de geur in het bos, ook al regende het.
Ze bekeken of ze de regenbuien soms konden voorspellen.
Zo kon Otto goed voor zichzelf zorgen,
en misschien zelfs tijdig een regenjas aantrekken, wanneer hij voelde dat er opnieuw veel regen op komst was.

 

Samen met zijn psycholoog ging Otto op pad.
Het was geen makkelijke weg, het regende nog regelmatig,
hij kwam nog vaker moeilijkheden en uitdagingen tegen,
maar af en toe scheen de zon, af en toe kon hij genieten van het mooie uitzicht, 
mét of zonder regen,
en af en toe kon hij trots achter zich kijken naar de weg die hij reeds bewandelde.

Na een tijd voelde Otto dat hij alleen verder kon.
Hij wist dat het nog regelmatig zou regenen,
 maar hij kon opnieuw vertrouwen.
Hij vertrouwde dat de zon zich zou blijven laten zien,
soms aan een heldere hemel, soms verstopt achter een wolk.
Hij vertrouwde erop dat hij wel weer zou opdrogen na een serieuze regenbui.
Hij vertrouwde erop dat hij wist wat hem kon helpen om zich extra te beschermen tegen de regen.
En hij vertrouwde erop dat wanneer hij het vertrouwen even verloor,
hij er niet alleen voor stond.
 Op die momenten kon hij altijd opnieuw aankloppen bij zijn psycholoog
om even een stukje met hem mee te wandelen.